Bij stadswarmte werken we voortdurend aan het verbeteren van onze warmtebronnen, en zonnecollectoren zijn een van de innovatieve manieren waarop we dat doen. Deze warmtebron maakt namelijk gebruik van de warmte van de zon.
Zonnecollectoren zijn eigenlijk grote zonnevangers. De buizen met een speciale vloeistof liggen op het dak en worden door de warmte van de zon opgewarmd. De opgevangen warmte wordt vervolgens via een warmtewisselaar afgegeven aan het warmtenet. Via het warmtenet wordt het ingezet voor verwarming van woningen en bedrijven, of voor warm tapwater.
Zonnecollectoren zijn bijzonder efficiënt in het benutten van zonne-energie, vooral tijdens de zonnigere maanden van het jaar. De opbrengst is in de wintermaanden lager, maar in de totale warmteproductie leveren ze een nuttige bijdrage.
Zonnecollectoren maken gebruik van een hernieuwbare bron: de zon (bron: MilieuCentraal). Ze produceren geen directe uitstoot van CO2 tijdens de warmteopwekking. Daarnaast is de CO2-uitstoot van een zonne-eiland 0 kg/GJ en daarmee stoot het opwekken van warmte met zonnecollectoren gemiddeld minder CO2 uit dan met losse HR-gasketels.
Een van de voordelen van zonnecollectoren is dat ze goed te combineren zijn met andere warmtebronnen, zoals afvalenergiecentrales. Hierdoor ontstaat er een flexibel en betrouwbaar systeem dat ervoor zorgt dat je nooit in de kou zit, of de zon nu wel of niet schijnt. In de zomer leveren zonnecollectoren vaak een groot deel van de benodigde warmte in het lokale warmtenet, terwijl in de koudere maanden andere bronnen bijspringen.
In Amsterdam leveren de 1.680 buisvormige zonnecollectoren van het zonnedak op City Plot in Buiksloterham warmte aan 550 woningen van De Alliantie.
Het zoneiland aan de rand van de Almeerse wijk Noorderplassen-West bestaat uit 520 zonnecollectorpanelen. Jaarlijks produceert dit zoneiland gemiddeld zo’n 9.750 gigajoule aan energie. Dat is voldoende voor ongeveer 10 procent van de warmtebehoefte in de woonwijk.
Zelfs op bewolkte dagen kunnen zonnecollectoren nog steeds warmte opwekken. De opbrengst is dan natuurlijk wel lager dan bij volle zon.
Ja, zonnecollectoren werken ook in de winter, maar de opbrengst is dan lager vanwege de kortere dagen en minder intensieve zonnestraling. Maar zelfs op bewolkte dagen kunnen zonnecollectoren nog steeds warmte produceren. Voor een betrouwbare warmtelevering wordt het systeem vaak gecombineerd met andere warmtebronnen om in de koudere maanden aan de warmtebehoefte te blijven voldoen.
Hoewel zonnecollectoren en zonnepanelen allebei zonlicht gebruiken, werken ze op een andere manier. Zonnepanelen zetten zonlicht om in elektriciteit, terwijl zonnecollectoren zonnestraling gebruiken om water of een vloeistof te verwarmen.
Voor zonnecollectoren op individuele woningen is zon op het dak nodig, maar voor stadswarmte worden zonnecollectoren vaak op grote oppervlaktes geplaatst. Dit betekent dat je als klant van stadswarmte kunt profiteren van de warmte van de zon, zelfs als je eigen woning geen geschikte plek heeft voor zonnepanelen of zonnecollectoren.
